Snoekbaarsvissen: tips en info

De snoekbaars is een bijzondere en wispelturige roofvis in de Benelux, die vanaf de bodem van meestal diepe wateren op prooivissen jaagt. Snoekbaarsvissen is daarom een echte uitdaging, maar wel de moeite waard. Snoekbaarzen hebben een relatief slank, prachtig gestreept lijf met een puntige kop en indrukwekkende stekels op de rug. Met hun bolle ogen kunnen ze ook in diep en donker water goed zien. De ogen hebben een reflecterend netvlies, waardoor de snoekbaars ook wel liefkozend ‘Vadertje Glasoog’ wordt genoemd.

Ze hebben minder tanden dan de snoek, maar de tanden zijn wel spits en scherp. Als de snoekbaars een groot leefgebied heeft, kunnen ze wel 110 tot 120 centimeter lang worden. Deze grote exemplaren noemen we met recht ‘kastelen’.

Waar en wanneer snoekbaarsvissen?

Leefgebied

De snoekbaars jaagt op relatief kleine prooivissen, zoals voornen, bleitjes, kleine baarzen en grondels. Ze jagen grotendeels op de bodem van open en diep water en houden niet van teveel licht. Vanwege hun goede zicht hebben snoekbaarzen in donker of troebel water een flink voordeel ten opzichte van andere vissen. Ze komen dus vooral voor in grote rivieren en kanalen, meren en plassen, en zijn vooral in de ochtend en avond actief. Tijdens de middaguren zoekt de snoekbaars liever een schaduwrijke plek op. Omdat de snoekbaars op een andere manier jaagt en de voorkeur geeft aan kleinere prooien, vormt hij geen concurrentie voor de snoek. De twee roofvissen bestaan dus prima naast elkaar.

Locaties voor snoekbaarsvissen

Omdat snoekbaarzen zich graag op de bodem van open water schuilhouden, kan je goed vanuit een bootje snoekbaarsvissen. Verticaal vissen of ‘verticalen’, noemen we dat. Zo kun je de diepte en daarmee het leefgebied van de snoekbaars opzoeken. Zoek op grote meren en plassen naar onregelmatigheden in de bodem. Kuilen en richels zijn perfecte plekken voor de snoekbaars om in een hinderlaag te gaan liggen.

Vis je vanaf de kant? Kies je stek dan ook op basis van onregelmatigheden, zoals sluizen of meerpalen. In kanalen zitten snoekbaarzen graag aan de rand van de vaargeul, waar de bodem ineens een stuk dieper wordt. Bij rivieren maak je de meeste kans rondom de kribben. Waar het water op de kribben botst ontstaan verschillende (tegen)stromingen waar veel prooivissen in terechtkomen.

Voortplanting

Snoekbaarzen paaien in het voorjaar, waarbij de eitjes op een ondiepe plek in een kuil in de bodem worden gelegd. Het mannetje bewaakt de eitjes tot ze uitkomen. Om de voortplanting niet te verstoren, is snoekbaarsvissen in Nederland vanaf april tot de laatste zaterdag van mei verboden. Per ongeluk gevangen snoekbaarzen moeten in die periode onmiddellijk worden teruggezet.

Hengel snoekbaarsvissen

Het licht er een beetje aan op welke manier je wilt snoekbaarsvissen, maar over het algemeen heb je het meeste succes met een verticaalhengel of spinhengel. Een verticaalhengel gebruik je – zoals de naam al doet vermoeden – voor verticaal vissen. Ook vanaf de kant kun je deze hengel gebruiken, mits de oever steil naar beneden afloopt en je dus eigenlijk ook verticaal vist. Dit wordt ‘kanticalen’ genoemd. Als je vanaf de kant een spinhengel gebruikt, zorg dan net als bij snoekvissen voor een stevig en relatief kort exemplaar. Ook snoekbaarzen hebben een harde bek, waardoor je de haak flink moet kunnen aanslaan als je beet hebt.

Onderlijn

Net als bij snoekvissen mag een stalen of fluorcarbon onderlijn niet ontbreken. Roofvissen als de snoekbaars bijten de hoofdlijn namelijk eenvoudig door, waardoor ze er met je aas vandoor gaan en jij met lege handen achterblijft. 

Aas snoekbaarsvissen

Dood aas

Het wordt niet veel gedaan, maar je kunt prima snoekbaarsvissen met dood aas. Kies voor kleine visjes van ongeveer 10 centimeter of gebruik alleen het staartdeel van een grotere vis. Dit laatste heeft als voordeel dat het aas meer geur afgeeft en daardoor aantrekkelijker is. Je kunt voorn, blei of spiering gebruiken. Spiering heeft een aparte, komkommerachtige geur die het vaak goed doet bij snoekbaarsvissen.

Kunstaas

Waar je met dood aas passief op een beet van de snoekbaars wacht, kun je met kunstaas goed over de bodem vissen. En dat is een uitstekende methode gezien de jachttechniek van snoekbaarzen. Met kunstaas heb je daarom veel meer kans op een vangst dan met dood aas.

We weten niet precies waarom, maar snoekbaarzen zijn buitenproportioneel gek op shads. Wellicht komt dit omdat je shads met kleine tikjes goed over de bodem van het viswater kan laten stuiteren. Zo trek je ook in de herfst of winter, wanneer hij minder actief is, de aandacht van de snoekbaars. Kies het liefst voor shads met de volgende kenmerken:

  • Klein formaat: gebruik shads van tussen de 7 en 12 centimeter. Grotere shads zijn geen probleem voor grote snoekbaarzen, maar kleinere snoekbaarzen zullen dit aas links laten liggen. Met te groot aas loop je bovendien het risico een snoek te vangen in plaats van een snoekbaars. En daar is je materiaal wellicht niet op voorbereid.
  • Verschillende kleuren en vormen: snoekbaarzen zijn wispelturig en kieskeurig. Krijg je maar geen beet? Wissel dan af tussen verschillende kleuren en vormen shads en blijf bovendien niet te lang op één plek vissen.

Manieren van snoekbaarsvissen

Of je nu gaat dobbervissen of statisch vissen, zorg ervoor dat het aas op de bodem komt te liggen. Bij veel stroming of harde wind kun je het beste statisch vissen met een wartelloodje. Dit loodje houdt het aas op zijn plek. De zomer en het begin van de herfst is de beste periode om te gaan snoekbaarsvissen. In deze maanden is deze lastig te vangen roofvis het meest actief en heb je dus de meeste kans op een unieke vangst!